de IJzertijd/Romeinse tijd

Het volgende teken van leven volgt in de Late IJzertijd of Romeinse tijd. De mensen trekken in deze periode niet meer rond maar wonen over het algemeen langere tijd op één plek. Vlakbij de Berflobeek zijn resten van een spieker gevonden. Op de bodem zijn ter plaatse verkleuringen waargenomen, die op een gelijke afstand van elkaar liggen. Naast bewijs voor opslag werden vele scherven aardewerk en andere gebruiksobjecten verzameld die wijzen op dagelijks gebruik binnen een nederzetting. Helaas zijn er geen directe aanwijzingen voor een nederzetting in de vorm van boerderijen gevonden. Wat niet wegneemt dat het gebied mogelijk al eerder bewoond werd.

Baloven

Een unicum binnen Nederland is de vondst van een zogenaamde baloven. De oven kon enorme temperaturen genereren waardoor ijzer uit erts kon worden vergaard. De ovenspecialist van de Rijksdienst kende dit soort ovens alleen uit Afrika. Binnen Nederland is er tot op heden nog geen tweede exemplaar gevonden. De oven werd op basis van labonderzoek gedateerd tussen het jaar 400 v. Chr. en het jaar nul. In de omgeving van deze vondst moet bewoning zijn geweest. Een ijzerboer of smid zal geen kilometers gelopen hebben. Net zoals de baksteen werd ijzer hoogstwaarschijnlijk nabij de nederzetting geproduceerd. Helaas hebben we op het terrein geen sporen gevonden van de nederzetting.

021Aijzertijdromeinsetijd